Pixelgrootte, ook bekend als pixel pitch, verwijst naar de fysieke grootte van een individuele pixel in een beeldsensor, zoals die in digitale camera’s, smartphones en andere beeldverwerkingsapparaten. Pixelgrootte kan verschillende effecten hebben op beeldvorming.
Hier zijn een paar mogelijke effecten:
Beeldresolutie
Grotere pixels vangen doorgaans meer licht op en kunnen afbeeldingen met een hogere resolutie en meer detail en helderheid produceren. Kleinere pixels kunnen resulteren in een lagere resolutie en een lagere beeldkwaliteit.
Prestaties bij weinig licht
Grotere pixels kunnen meer licht opvangen, wat vooral gunstig is bij weinig licht. Dit resulteert in betere prestaties bij weinig licht, minder ruis en een betere beeldkwaliteit in omgevingen met weinig licht.
Dynamisch bereik
Grotere pixels kunnen een breder bereik van lichtintensiteiten vastleggen, wat leidt tot een hoger dynamisch bereik. Dit betekent dat een beeldsensor met grotere pixels zowel heldere als donkere gebieden in een beeld met meer detail en nauwkeurigheid kan vastleggen.
Ruisniveaus
Kleinere pixels hebben de neiging om meer ruis te genereren in afbeeldingen, vooral in situaties met weinig licht, omdat ze minder fotonen kunnen opvangen. Deze ruis kan zich manifesteren als korreligheid of artefacten in de uiteindelijke afbeelding.
Scherptediepte
De pixelgrootte kan de scherptediepte in fotografie beïnvloeden. Kleinere pixels kunnen leiden tot een kleinere scherptediepte, waardoor het moeilijker wordt om een onscherpe achtergrond (bokeh) te krijgen.
Scherpte
Grotere pixels kunnen scherpere beelden opleveren, vooral in combinatie met hoogwaardige optiek. Ze kunnen fijnere details en randen vastleggen, wat resulteert in een scherper uiterlijk.
Brandpuntsafstand en gezichtsveld
In sommige gevallen kan de pixelgrootte invloed hebben op de effectieve brandpuntsafstand van een camerasysteem en het gezichtsveld. Kleinere pixels kunnen een kortere brandpuntsafstand vereisen om een bepaald gezichtsveld te behouden, wat van invloed kan zijn op het algehele systeemontwerp.
Sensorformaat
De relatie tussen pixelgrootte en sensorgrootte is cruciaal. Grotere sensoren kunnen grotere pixels bevatten, wat vaak tot een betere beeldkwaliteit leidt. Kleinere sensoren kunnen kleinere pixels gebruiken om een hogere resolutie te bereiken, maar dit kan ten koste gaan van de prestaties bij weinig licht en ruis.
Stroomverbruik
Kleinere pixels hebben mogelijk minder stroom nodig om te werken, waardoor ze geschikt zijn voor apparaten met een beperkte batterijlevensduur, zoals smartphones.
Kosten en productie
Kleinere pixels kunnen in grotere hoeveelheden worden gefabriceerd op een enkele sensorwafer, wat kan leiden tot lagere fabricagekosten. De kosteneffectiviteit van grotere of kleinere pixels hangt echter ook af van de specifieke toepassing en de gewenste beeldkwaliteit.
Je hebt misschien wel eens gehoord “dat hoe meer pixels je op de sensor kan proppen, hoe beter je foto’s zijn”.
Dit is een fabeltje.
Hoe meer pixels je op een sensor propt hoe kleiner de pixels zullen zijn. Waar je naar op zoek ben is het juiste aantal pixels voor het formaat van de sensor.
Uiteindelijk gaat het om de efficiëntie waarmee de sensor de opgevangen fotonen weet om te zetten in vrije elektronen. Dit wordt ook wel kwantum efficiëntie genoemd of de gevoeligheid van de sensor.
Ontwikkelingen in sensorontwerp en -fabricage hebben het mogelijk gemaakt om steeds kleinere pixels in sensoren te stoppen. Hoewel meer pixels beter kunnen zijn, zijn er dus nadelen. De pixelgrootte moet dus worden afgestemd op het formaat van de sensor en de behoeften van de fotograaf.
Samengevat heeft de pixelgrootte een aanzienlijke invloed op de beeldvorming, zoals de beeldresolutie, prestaties bij weinig licht, dynamisch bereik, ruisniveaus, scherptediepte, scherpte en verschillende andere aspecten van de beeldkwaliteit. De keuze van de pixelgrootte hangt af van het beoogde gebruik van het beeldvormingsapparaat en de balans tussen factoren zoals beeldkwaliteit, sensorgrootte en stroomverbruik.
