Het richtgetal

Het richtgetal van een reportageflitser of studioflitser is een numerieke waarde die het vermogen van de flitser aangeeft, wat de afstand bepaalt waarover de flitser een onderwerp effectief kan verlichten. Het is een maat voor de maximale afstand waarop een flitser een onderwerp goed kan verlichten, gegeven een specifiek diafragma en ISO-instelling.

Het richtgetal wordt meestal uitgedrukt in meters of feet en wordt berekend met de formule:

richtgetal = afstand x diafragma of afstand = richtgetal / diafragma.

Dit is wat het richtgetal je vertelt:

  1. Een hoger richtgetal duidt op een krachtigere flitser, die onderwerpen op grotere afstanden kan verlichten of het gebruik van kleinere diafragma’s (hogere f-stops) mogelijk maakt voor een grotere scherptediepte.
  2. Effectieve afstand: Door het richtgetal te delen door het diafragma, kunt u de maximale effectieve afstand bepalen waarop de flitser het onderwerp goed kan belichten. Bijvoorbeeld, met een richtgetal van 40 (meter) en een diafragma van f/4, is de maximale effectieve afstand 10 meter (40 ÷ 4 = 10).
  3. Diafragma-instelling: Omgekeerd kun je door het richtgetal te delen door de afstand, het juiste diafragma bepalen voor een bepaalde afstand tot het onderwerp. Bijvoorbeeld, met een richtgetal van 40 en een afstand tot het onderwerp van 5 meter, gebruik je een diafragma van f/8 (40 ÷ 5 = 8).

Het is belangrijk op te merken dat het richtgetal meestal wordt gegeven voor een specifieke ISO-instelling, meestal ISO 100. Als je de ISO-instelling op je camera wijzigt, moet je het richtgetal dienovereenkomstig aanpassen. Als je bijvoorbeeld de ISO verhoogt naar 200, wordt het richtgetal effectief verhoogd met een factor ¼, omdat een verdubbeling van de ISO de lichtgevoeligheid met één stop verhoogt.

Het richtgetal is vooral relevant tijdens het aanschaffen van een flitser. Het is essentieel te begrijpen wat het richtgetal precies inhoudt en dat een reportageflitser met het allerhoogste richtgetal niet altijd noodzakelijk is voor een goed resultaat. Voor gebruik binnenshuis of het subtiel belichten van een portret, is een reportageflitser met een richtgetal van ongeveer 32 meestal voldoende.

Inzicht in het richtgetal helpt fotografen bij het kiezen van de juiste flitssterkte, het diafragma en de opnameafstand om goed belichte foto’s te maken, vooral bij wisselende lichtomstandigheden die vaak voorkomen bij reportage- en studiofotografie. Hoe meer je fotografeert, hoe sneller en hoe meer gevoel je krijgt voor het gebruik van flitslicht en de camera instellingen.

Bij het aanschaffen van een flitser kun je beter naar het vermogen kijken (wattage). Dit wordt aangegeven met Wattseconde (Ws). Door te kijken naar het vermogen (Ws), is het veel makkelijker om verschillende flitsers met elkaar te vergelijken.

TTL staat voor ’through the lens’, wat ‘door de lens’ betekent. Wanneer een flitser TTL-ondersteuning heeft, kan hij met de camera communiceren.

Wanneer je de ontspanknop op je camera gedeeltelijk indrukt, begint de camera met het meten van het licht. Hij stelt nu de perfecte instellingen voor de foto, zoals de ISO-waarde, het diafragma en de sluitertijd. Wanneer je de knop drukt, wordt de foto genomen met die instelling. Alles is volledig automatisch!

Wanneer er een flitser is verbonden die TTL-ondersteuning biedt, zal deze tijdens de lichtmeting tijdelijk flitsen (een voorflits). De camera stelt niet alleen de optimale instellingen vast, maar ook het hoeveelheid licht dat de flitser moet afgeven. De flitser wordt hierdoor automatisch ook geconfigureerd.

Geef een reactie